Dag-27 Dinsdag 14 Juni

15 juni 2016 - Heppenheim, Duitsland

Eberbach am Neckar-Heppenheim 85 km.

Weer onderweg blijkt de fiets van Adri niet goed te werken. Er is een kabel afgerukt, waardoor de maximale bijstand niet meer werkt, maar ze blijkt zich er prima mee te redden. Het is gebeurd bij het verplaatsen van de fietsen door de eigenaar van de B&B, die vond dat ze de plaats innamen van een vuilnisbak.

We rijden richting Heidelberg. We worden via een steil pad naar een sluis geleid, waar we een hoge voetgangersbrug over gaan en het schutten van een lange vrachtboot volgen. Er wordt zeer vakkundig gemanoeuvreerd; er zeer weinig ruimte over naast de boot. We verbazen ons over het verval: ca. 2, 5 meter. We naderen Heidelberg, waarvan de Altstadt het eerst in zicht komt. Zoals het slot boven de stad. We lopen over de Alte Brucke over de Neckar, onder de sierlijke poort door die een fraaie intree vormt naar het oude stadsgedeelte. We bezoeken de laat-gotische Heiliggeist Kirche. Er is een tijd geweest dat in deze kerk een muur de scheiding vormde tussen een protestants en een r.k.-gedeelte. Bij ons bezoek begon net een middagpauzedienst, met solozang (wat een prachtige weerklank gaf deze kerk), een overweging over positiviteit in het leven en tot slot een trompetsolo. Muziek en woord allemaal door de voorganger. In de omgeving van de Kerk staat het oudste huis van Heidelberg dat de Franse overheersing heeft overleefd: Haus zum Ritter. Een indrukwekkende gevel. We wandelen langs Barokke stadspaleizen, vakwerkgevels en bezoeken de R.K. Mariakerk, deze maakt door veel wit en strakke banken een sobere en moderne indruk. Heidelberg is erg toeristisch. Er diverse universiteiten. Studenten van de theologische universiteit stelden in de 16e eeuw, de tijd dat Heidelberg een protestants bolwerk vormde, de Heidelbergse catechismus samen. Eeuwenlang zou dit het leerboek voor protestanten in Duitsland en Nederland blijven. Studenten zijn rare kerels, die graag duelleren. En dit was iets wat ook elders in Duitsland gebeurde. Al schermend bracht men elkaar het liefst een snee over de wang toe en en daarin werd dan nog eens zout gewreven. Hier komt vast de uitdrukking van : zout in de wond wrijven.  

We rijden verder door een wijd en open landschap, vlak als de Po-vlakte, de wind in de rug. We schieten lekker op. Ons onderkomen voor de nacht ligt 4 km naast de route: een hotel met een Indiase eigenaar. We krijgen een sleutel overhandigd, maar in de ene kamer zit een Pool, en de andere is nog niet klaar wegens renovatie. De electriciteitsdraden steken op verschillende plaatsen uit de muur, in de badkamer staat een staande schemerlamp, en nog veel meer rariteiten zijn op te noemen. De mannen komen met de bagage de trap op en hebben nog weer andere sleutels gekregen. We onderhandelen over de kamerprijs en slepen er een gratis ontbijt uit.